Leerns dialect uit 1967

D_UGent_2015_JV_Leerne

Emiel, fabrieksarbeider uit Sint-Martens-Leerne en geboren in 1900 vertelt honderduit. Over de levensloop van een gewone boerenjongen aan het begin van de twintigste eeuw. Hoe hij eerst bij de boeren aan de bak kwam tegen een hongerloon en later op de fabriek terechtkwam, waar hij veel beter verdiende. Er lopen ook politieke aders door zijn histories. Het stemrecht, de socialistische partij en de dorpspolitiek en de macht van de federale regering worden uitvoerig aangehaald. Tenslotte heeft de man het nog over de twee wereldoorlogen en de ontberingen die inherent zijn aan oorlog.

Hierna volgt een overzicht van de inhoud van dit fragment, in tijd afgebakend: (merk op: de informant heeft wel lang in Vosselare gewoond, dus wellicht is dit niet 100% "Leerns")

0:10 - Werk: Emiel werkte 43 jaar bij het bedrijf ‘Halsberghe & Van Oost’. Hij was er riemlegger.

10:00 - politiek: Na de Tweede Wereldoorlog kwamen hij en anderen op het idee een eigen lijst op te richten. Als puntje bij paaltje komt, blijven er maar twee over (‘de een na de andere beeldige’). De meeste haakten af omdat ze grond pachtten van de zittende burgemeester. Toch wordt het initiatief een succes: met zijn tweetjes halen ze zeven stemmen meer dan de anderen samen.

17:35 - Het Kasteel Ooidonk. Het kasteel van Ooidonk is nu opengesteld voor de toeristen. Hijzelf zou er geen frank voor betalen, hij interesseert zich niet aan die kunstwerken (‘nen peet van hier en nen peet van daar’).

24:30 - lokale middenstand. Te Leerne werken velen als arbeider. Sinds kort zijn er ook twee winkels geopend. Vroeger moesten de mensen naar de markt te Deinze. De klompenwinkel is wel verdwenen, want niemand wil nog klompen dragen. Vroeger waren er 13 of 14 herbergen voor 500 inwoners. Nu zijn er nog 4 (anno 1967).

29:50 - de Tweede Wereldoorlog. De inwoners van Leerne worden opgesloten in de kerk. Hijzelf verschuilt zich in zijn woning. Gelukkig worden ze zonder problemen kort daarna weer vrijgelaten.

41:50 - de Eerste Wereldoorlog. Hij was toen 15. Er is veel armoede. De mensen lijden kou (geen kolen) en honger. Aan de vaart van Nevele naar Deinze stonden 4 rijen bomen. In de harde winter van 1916 waren al die bomen op enkele weken neergehaald en opgestookt. Veel mensen werden ook opgeëist om in strafkampen in Frankrijk te gaan werken.
tape
Deinze
11 augustus 1967